Per 2015 werden de gemeenten in Nederland verantwoordelijk voor de gehele jeugdhulp. Een decentralisatie van taken die gepaard ging met een forse bezuiniging van 15% verspreid over meerdere jaren, terwijl het aantal jeugdigen dat gebruik maakt van jeugdzorg sinds 2000 stijgt.
Op 03 april jl., hebben wij in de commissie Samenleving de opinienota “Regionale verwervingsstrategie jeugdhulp vanaf 2022” besproken. Directe aanleiding voor het opstellen van deze verwervingsstrategie is dat de huidige overeenkomsten aflopen en niet worden verlengd. En de gemeenten via een nieuwe verwerving jeugdhulp wil contracteren.
De in te zetten jeugdhulp krijgt vorm in samenspraak tussen jeugdige, gezin, omgeving en professional(s). Het vraagt van de professional om in samenspraak met de jeugdige en het gezin te bepalen welke jeugdhulp een antwoord geeft op de geconstateerde problematiek. Bij betrokkenheid van meerdere professionals zijn afspraken nodig over wie de jeugdhulp coördineert en afstemt.
Meer samenhang
Daarom wil de gemeente meer integraliteit. Integraliteit gaat over samenhang tussen allerlei factoren die spelen in en rond een gezin en die voor de jeugdige en zijn gezin tot problemen leidt. Hierbij gaat het over het sociaal en persoonlijk functioneren, van de jeugdige en ook van de ouders. Waarbij ouders moeten beschikken over de juiste opvoedingsvaardigheden om hun kinderen goed te kunnen opvoeden en een goed en veilig opvoedklimaat te bieden. Daarnaast spelen meer situationele factoren een rol, bijvoorbeeld het al dan niet hebben van werk of schulden en de woonomgeving van het gezin.
De gemeenten realiseren zich dat de beoogde transformatie meer vraagt dan een nieuwe inkoop. De transformatie vraagt meer en bredere samenwerking van jeugdhulpaanbieders onderling, maar ook met de andere partijen die eventueel betrokken zijn bij de jeugdige en het gezin. Integrale jeugdhulp vraagt om zo min mogelijke schotten in het aanbod. De nieuwe regionale inkoop van jeugdhulp is een startpunt dat moet leiden tot het gewenste strategische partnerschap met aanbieders, een overzichtelijker aanbiederslandschap, het meer verlenen van ondersteuning in de leefwereld van de jeugdige en het gezin.
Onrust
Aan de hand van de voorstellen van het college is een grote onrust ontstaan bij zorgaanbieders die gedwongen worden om hoofdaannemer of onderaannemer te moeten worden.
De beoogde nieuwe vorm van aanbesteding heeft een grote impact voor de inrichting van de jeugdzorg in Haarlem. Het CDA vindt dat de Haarlemmers keuzevrijheid moeten houden van wie ze begeleiding of behandeling willen ontvangen.
CDA wil op basis van dit concept Programma van Eisen eerst een consultatieronde houden onder zorgaanbieders en de resultaten hiervan bespreken met de gemeenteraad. Pas daarna, indien de gemeenteraad op dat moment voldoende vertrouwen heeft in het nieuwe model, kan volgens ons het definitieve Programma van Eisen opgesteld worden.
apr
11