Er is veel vraag naar woningen in Haarlem. De ambitie in het coalitieakkoord is daarom niet mis: 10.000 woningen erbij tot 2025. Het CDA omarmt deze ambitie, maar niet tegen elke prijs. Zo moet er bij de bouw van woningen oog zijn voor de leefbaarheid in de bestaande wijk. Bij de zestig appartementen die gepland staan in de Slachthuisbuurt is precies die leefbaarheid in het geding. En daarom heeft het CDA tegen gestemd.
Het project heet ‘New Harlem’ en bestaat uit zestig huurappartementen met een huurprijs van 950 euro per maand. De locatie is aan het Spaarne nabij de Zomervaart: een mooie locatie met het centrum op loopafstand. Het project richt zich op jonge mensen die geen waarde hechten aan autobezit. Er worden daarom geen eigen parkeerplaatsen gerealiseerd, maar slechts vier deelauto’s die exclusief bestemd zijn voor de bewoners. En om te voorkomende dat de bewoners toch een auto aanschaffen, wordt het project uitgesloten van het recht op een parkeervergunning.
Het probleem is echter dat dit project zich letterlijk aan de rand van het parkeervergunningsgebied bevindt. Dat betekent dat bewoners weliswaar geen parkeervergunning kunnen aanvragen, maar hun auto wel in de achterliggende wijk kunnen parkeren. Een wijk dat al een hoge parkeerdruk heeft. En al richt het project zich op een specifieke doelgroep; niemand kan de bewoners verbieden om alsnog een auto aan te schaffen. Natuurlijk zal een gedeelte van de bewoners geen autoloos blijven, maar het onlangs gehouden onderzoek naar het daadwerkelijke autobezit in Haarlem toont aan dat appartementen in dit segment gemiddeld één auto bezitten. En dan is bezoek dat met de auto komt nog niet meegenomen.
Het CDA wil nieuwe mobiliteitsvormen onderzoeken, maar helaas is dit project een stap te ver. Zestig appartementen aan de rand van parkeervergunningsgebied zonder enige eigen parkeerplaats zal overlast geven in de achterliggende wijk. En de vier deelauto’s gaan dat niet oplossen. Het CDA heeft daarom tegen dit plan gestemd. Na de stemming in de gemeenteraad bleek dat een nipte meerderheid vóór was. Het plan gaat daarom de inspraakprocedure in, waar belanghebbende opmerkingen kunnen plaatsen over het project. Daarna komt het nog eenmaal terug in de gemeenteraad voor de definitieve stemming.